Competitie


Competitie is iets wat al jaar en dag de overhand neemt op kinderen. Kinderen moeten hun best doen op school, goede punten behalen, ze moeten thuis flink zijn, in de sportclub moeten ze presteren en liefst van al eerste zijn,... De hele dag door moet het kind ervoor zorgen dat het presteert en goede resultaten haalt. Dit zorgt voor een enorme druk op de kinderen waardoor ze hypergevoelig worden voor lof en kritiek. Op deze manier zorgt competitie onvermijdelijk voor een weinig stabiele vorm van eigendunk.

Competitie VS yoga
Yoga bestaat niet uit goed of slecht, fout of juist. Er bestaat geen winnaar en geen verliezer. Yoga draait niet over dingen perfect kunnen of doen maar om de verbinding met jezelf, je lichaam en met anderen. De gedachtengang van prestatiedruk en competitie staat dus in contrast met de basisprincipes van yoga. Yoga  staat voor de non-competitieve benadering van het leven. In yoga bestaat er dus geen competitie, geen druk, geen prestaties. Tijdens yoga leren we de kinderen dat we onszelf niet moeten vergelijken met anderen maar dat we onbevooroordeeld moeten leren kijken naar het leven, de anderen en onszelf. Zo leert zelfs een belangrijke oude tekst over yoga (Bhagavad Gita, geschreven in de 4e eeuw voor Christus) ons dat ‘het richten op de resultaten van onze acties tot domheid leidt, terwijl de inzet van al onze capaciteiten, zonder angst voor succes of mislukking, tot wijsheid voert’.

Hoe kun je competitie vermijden tijdens yoga?
Belangrijk bij yoga, of het nu voor kinderen of voor volwassenen is, is het vermijden van competitie in een les.
Om je hierbij te helpen, heb ik een paar tips opgesteld waar je rekening mee kan houden.
  1. Laat het kind zich veilig en gerust voelen tijdens de les. Geef dit ook duidelijk aan.
  2. Creëer een ontspannen en plezierige sfeer waarin het kind zichzelf kan en wil zijn.
  3. Geef aan het kind aan dat het niet uitmaakt als hij een yogahouding niet zo goed kan uitvoeren. Het gaat niet om het ‘perfect’ uitvoeren van een houding maar om de manier waarop je met je lichaam omgaat en met elkaar.
  4. Maak geen vergelijkingen (tussen de kinderen) tijdens de les.
Het leven is een reis, geen competitie
Belangrijk om te onthouden is dat elk lichaam anders in elkaar zit. Hierin een vergelijking maken zou hetzelfde zijn als appels met peren vergelijken. Weetje: zelfs in je eigen lichaam kan er verschil zijn, denk maar aan het verschil tussen je linkerkant en rechterkant. Misschien kan je rechterheup wel meer openen dan bijvoorbeeld je linker?
Tot slot, yoga doe je voor jezelf en niet voor ander.