Mudra

Het woord Mudra komt uit de Indiaanse geneeskunde. De letterlijke betekenis is “gebaar”.  Het is een hele oude techniek om de gezondheid te verbeteren. Een ander woord voor Mudra is vingerreflexzone of handyoga, daarmee wordt vinger houdingen bedoeld.

Mudra's zijn oefeningen voor de vingers en de handen die ervoor kunnen zorgen dat je je meer in balans voelt en je je zo gezonder en levendiger kan voelen. Vaak zijn dit korte oefeningen van een paar minuten die je een paar keer per dag herhaalt.
De oefeningen zijn niet altijd voor de linker en de rechterhand hetzelfde. Iedere vinger heeft een eigen betekenis. Dit geldt ook voor de handpalmen. Dit heeft te maken met de meridianen (energie stromingen) van de organen die in de vingers samen komen.
Ongeveer de helft van de energiebanen van het lichaam begint of eindigt in de handen. Door bepaalde houdingen aan te nemen, kun je dus organen sturen om beter te werken of om pijn te verminderen. Het is dus yoga voor de vingers en de handen.
Het voordeel is dat je mudra’s overal kan doen; als je tv kijkt of in bed ligt. Zelfs in de klas tijdens het luisteren naar de juf kun je een mudra doen. Een mudra oefening in de kinderyoga kan als volgt zijn:

Mudra bij buikpijn
Lig op je rug en leg beide handen op de zonnevlecht (plek net boven je navel), je handen raken elkaar niet. Voel de ademhaling en verbeeldt je dat als je inademt, je handen omhoog gaan en het net lijkt of je de spanningen uit je buik trekt. Op een uitademing zakken je handen iets maar je houdt wel contact. Stel je voor dat je op deze manier alle spanningen uit de buik trekt. Leg daarna de handen op de grond naast je neer en laat alle spanningen de grond in stromen. Geef het maar terug aan de aarde.

Tip voor om goed na te kunnen denken: Druk alle vingertoppen tegen elkaar.